Skip to content

Het verhaal van Willem Punt

Survivor, is het verhaal van mijn leven als zeeman en hoe ik de Tweede Wereldoorlog heb kunnen overleven.”

Willem Punt


Junyo Maru in 1933

Als u nog nooit heeft gehoord van de Junyo Maru of de Pakan Baroe-spoorlijn, dan bent u zeker niet alleen.

Het zijn twee drama’s uit de Tweede Wereldoorlog waaraan historici nog altijd geen aandacht besteden. De film ‘Bridge over the River Kwai’ maakte de spoorlijn door Birma beroemd. De meeste mensen hebben het over de Titanic als ze over een ramp met een zinkend schip noemen. De Titanic kostte 1.500 mensen het leven, de Junyo Maru 5.640, bijna vier keer zoveel.

Op 18 september 1944 torpedeerde een Britse onderzeeër het Japanse schip Junyo Maru. Dit vrachtschip vervoerde geallieerde krijgsgevangenen (POW) en Aziatische slaven (romusha’s) naar Japanse kampen op Sumatra, waar zij dwangarbeid moesten gaan verrichten. Van de 6.520 opvarenden kwamen er 5.640 om het leven. 680 Krijgsgevangenen en rond 200 romusha’s en Japanners overleefden de ramp. Het was de op drie na grootste maritieme ramp tijdens de Tweede Wereldoorlog Willem Punt (Opa Wim) was een van de overlevenden. Hij is nu 97 en waarschijnlijk één van de laatste overlevenden die zijn verhaal nog duidelijk kan vertellen.

Alsof hij met het overleven van de ondergang van de Junyo Maru nog niet genoeg gruwelen had doorstaan, moest Opa Wim daarna als dwangarbeider werken aan de Pakan Baroe-spoorlijn. Ook dat overleefde hij, waar 82.500 anderen het leven lieten. Van de 680 krijgsgevangenen die de Junyo Maru overleefden, hebben maar 100 de dwangarbeid aan de spoorlijn overleefd.

Opa Wim begon deze verhalen pas later in zijn leven te vertellen. Dat deed hij deels omdat het te pijnlijk was, maar vooral ook vanwege de reacties die hij kreeg als hij vertelde dat hij tijdens de oorlog in Azië zat. Veel Nederlanders dachten dat hij het daar in de tropische warmte gemakkelijk had, terwijl zij hier de koude winters moesten doorstaan. Hij voelde mee met hun beproevingen en wilde niet ‘concurreren’ met het lijden dat zij allemaal hadden doorstaan. Wim wil geen medelijden en weet wat invoelingsvermogen is.

Toen ik Opa Wim 15 jaar geleden voor het eerst ontmoette, vertelde hij me in het Engels over de Junyo Maru. Op dat moment beheerste ik nog geen woord Nederlands. Hij had al een poosje geen Engels gebruikt, maar sprak het nog altijd vloeiend en innemend. Ik was niet alleen gecharmeerd omdat hij en zijn vrouw Engels met me spraken, maar werd ook meteen gegrepen door zijn levensverhaal.

Vier jaar geleden zei opa dat hij het jammer vond dat zijn levensverhaal niet compleet op papier stond.. Hij wilde graag dat dit boek geschreven werd, zodat het in zijn geheel zou worden opgetekend. Dat zou een realistisch beeld geven van wat hij had doorgemaakt Hij wilde dat zijn eerdere aantekeningen werden gebruikt, zodat ze ook ter beschikking zouden komen voor alle mensen met wie hij de afgelopen jaren had gesproken. Opa gaat elk jaar naar Bronbeek voor de herdenking van de slachtoffers van de Hellships.

Hij wordt daar altijd warm ontvangen, en hoewel die dag al zijn nachtmerries uit het verleden weer oprakelt, staat hij er ook bekend als een erkende verhalenverteller die andere bezoekers tot in detail kan bijpraten. Hij is blij dat zijn verhaal nu ook in deze vorm beschikbaar is. Hij vindt vaak dat zulke dagen te kort zijn om zijn ervaringen over te brengen en de vragen van nabestaanden van Hellship-slachtoffers te beantwoorden. In 2011 presenteerde opa Wim zijn verhaal bij de Hellship-herdenking in Bronbeek:

Ik bewonder Wim niet alleen om zijn vermogen om zo veel gruwelijkheden en aanrakingen met de dood te kunnen overleven, maar vooral ook om zijn vermogen de draad van het normale leven daarna weer op te pakken. Zelfs nu, 97 jaar oud, gaat hij nog graag met me de dansvloer op om plezier te hebben. Een paar jaar geleden, toen hij al in de 90 was, fietste ik met hem door zijn woonplaats. Het was mooi om te zien hoe hij naar zijn buren zwaaide. Hij vindt het een prachtig idee dat mensen hem met een jonge vrouw zien en misschien wel denken dat die oude man nog altijd meetelt.

Ik ben aangemoedigd dit verhaal te schrijven omdat mijn kinderen nu nog te jong zijn om echt te begrijpen wat “opa” (eigenlijk overgrootvader) allemaal is overkomen “toen hij op een grote boot zat die zonk”.

Daarnaast hebben Heiko Roelfsema, voorzitter van de Stichting Herdenking Slachtoffers Japanse Zeetransporten 1942-1945, SHSJZ (de stichting die de jaarlijkse Hellship-herdenking bij het monument op Bronbeek organiseert) en andere deelnemers aan deze herdenking me gemotiveerd dit verhaal vast te leggen. De afgelopen jaren is de SHSJZ zich meer en meer gaan toeleggen op het verzamelen van herinneringen en verhalen van overlevenden en nabestaanden van de Hellships, een initiatief dat mij erg aansprak.

Mede door de financiële en redactionele ondersteuning van de SHSJZ, Laurens van Aggelen (uitgever) en Jerome Miedendorp de Bie (vormgever) is dit boek uiteindelijk mogelijk geworden. Ik dank hen daar hartelijk voor.

Dit boek is bedoeld om het persoonlijke en historische relaas van Willem Punt veilig te stellen. Ik hoop dat Opa Wim’s verhaal mensen helpt te begrijpen welke gruwelijkheden krijgsgevangenen en romusha’s moesten doorstaan en in welke context en omstandigheden dat gebeurde. Ik hoop ook troost en steun te bieden aan families die in hun geschiedenis vergelijkbare tragedies hebben meegemaakt.

Door Nicola Meinders.

P.S.: Een vriendelijk doch dringend verzoek om niet direct contact op te nemen met Willem Punt. De stichtingen die families van slachtoffers van de Hellships of Pakan Baroe bijstaan, allebei in Bronbeek, kunnen u mogelijk hulp bieden. SHSJZ: info.shsjz@gmail.com of www.shsjz.nl of www.shbss.org. Of neem gerust contact met me op via  email: info@survivorbook.nl.